Vuilzakken aan lantaarnpalen, dat moeten we niet willen!

Waarom zijn vuilzakken aan palen geen goed idee?
Plasticverpakkingsmateriaal van voedingsmiddelen ga je snel ruiken en bewoners willen er daarom zo snel mogelijk vanaf. Het tot twee weken bewaren van plastic in of nabij huis is voor velen daarom ongewenst. Met de vele vossen en katten in Lelystad bestaat bovendien het risico op het kapot krabben van de plastic zakken omdat de dieren voedsel ruiken. Het gevolg is meer zwerfvuil op straat.

Daar komt nog bij dat wij al die zakken met afval aan de lantaarnpalen geen gezicht vinden. Als dat één keer in de twee weken gebeurt dan is dat misschien nog daar aan toe, maar als de boel te veel gaat ruiken in huis, hoeveel mensen zullen dan in de verleiding komen om ook tussentijds al zakken aan de haken te gaan hangen?!

Tot slot: veel lantaarnpalen lenen zich niet voor het ophangen van afvalzakken, omdat deze bijvoorbeeld op smalle stoepjes staan en de doorloop daardoor wordt gehinderd of geblokkeerd.

Afval scheiden: hoe kan het dan wel?
Scheiden en hergebruik is goed voor het milieu. In Lelystad ligt het scheidingspercentage van het afval rond 55%. De rijksoverheid werkt samen met de gemeenten om in 2020 te komen tot een scheidingspercentage van tenminste 75%. Dat kunnen we alleen niet realiseren door voort te gaan op de wijze waarop de inzameling nu is georganiseerd.

Iemand die goed scheidt houdt bijna geen restafval over. Het volume plastic, drankkarton en blik is inmiddels groter dan het volume restafval. Daarom vinden wij het nodig om het college te laten onderzoeken of het niet beter is om plastic, drankkarton en blik in containers aan huis te verzamelen en op te halen. Nog een extra container bij huis is voor de meeste inwoners van Lelystad echter teveel. De huidige restafvalcontainer zou mogelijk voor plasticinzameling kunnen worden gebruikt. Maar dan moet nog wel een oplossing worden gevonden voor het afvoeren van het restafval.

Gekeken zou kunnen worden of dit systeem, dat wel wordt aangeduid met het begrip “omgekeerd inzamelen”, eerst in één of enkele wijken zou kunnen worden ingevoerd om er ervaring mee op te doen. Daarna zou het dan over de hele stad kunnen worden uitgerold.

De VVD realiseert zich dat invoering van zo’n werkwijze best een grote overgang is, maar heeft er vertrouwen in dat die slag met goede voorlichting aan de inwoners te maken valt.

Uiteraard zal, voordat het zover is, duidelijk moeten worden welke kosten zo’n werkwijze met zich mee brengt.

Wij wachten nu eerst de resultaten van het nader onderzoek van het college af. Daarna zullen wij ons standpunt bepalen.