Algemene beschouwingen 16 juni 2015
Na een aantal sombere jaren kunnen we deze algemene beschouwing beginnen met het noemen van een aantal positieve ontwikkelingen:
- We maken duidelijk dat we door de geheel nieuwe uitstraling van het Stadhuisplein woorden omzetten in daden.
- Door het luchthavenbesluit verwachten wij een keerpunt in de ontwikkeling van de bedrijvigheid in de stad.
- Dit geldt ook voor de komst van de buitendijkse haven en het bedrijventerrein.
- Ook het faciliteren van de cruiseschepen zal de toeristische functie versterken.
Het lijkt er op dat Lelystad de overgang op het beleidsterrein van de transities goed in de hand heeft en dat grote problemen zich tot dusver niet voordoen.
De grote onzekerheid over de Haagse financiële beslissingen zorgt er voor dat het college een kadernota uitbrengt die geen financieel kader is voor de begroting 2016.In deze kadernota worden veel zaken opgesomd. Tussen de regels is het de vraag: welke boodschap wil het college hier nu eigenlijk brengen? Of wordt hier zelfs voorgesorteerd op een grotere beleidsvrijheid dan nu het geval is?
Wij noemen hier de constatering dat participatie vooral werkt als deze dichtbij de mensen en binnen de eigen invloedsfeer georganiseerd wordt. Volgens ons is dat een juiste constatering die ook de beperking aangeeft van de participatie.
Adviezen van betrokken burgers zijn uiteraard welkom. Aan die adviezen kunnen geen rechten worden ontleend. College en raad zullen die bij hun besluitvorming wel meewegen, maar hebben een eigen verantwoordelijkheid en maken een eigen politieke afweging.
Het college constateert dat in 2015 (en verder) de bodem voor het snijden in uitgaven is bereikt. Daarbij zullen we in de begroting opnieuw de hoogte van de OZB in relatie tot de totale lastendruk en het in stand houden van het minimale voorzieningen niveau betrekken.
Wel staat bij de financiële uitgangspunten: "Uitgangspunt bij afwegingen van de lokale lasten is de hoogte van de totale woonlasten." Wat is hier de boodschap?
Natuurlijk ziet ook de VVD dat er spanning kan ontstaan bij het nakomen van de afspraak om de lasten niet te verhogen. Het is een onjuist beeld dat het verhogen van de gemeentelijke belastingen alleen drukt bij huiseigenaren die dat allemaal prima kunnen betalen. De stijgende schuldenproblematiek wijst uit dat juist bij veel mensen in de middeninkomens de problemen groot zijn. Het wegvallen van een baan, het niet meer stijgen van pensioenen, hogere eigen bijdragen voor ziektekosten, echtscheidingen: het zijn allemaal redenen waarom in veel huishoudens het vrijwel niet meer lukt om de eindjes aan elkaar te knopen.
Als het zover komt dat we de afweging moeten maken of we verder in het voorzieningenniveau moeten snijden of dat we de lasten moeten verhogen, moeten we ons realiseren dat voor veel inwoners de mogelijkheid om een dergelijke afweging te maken niet eens meer bestaat. Wij vinden dat het ons als raad verplicht om tot het uiterste te gaan om oplossingen te vinden zonder dat de lasten voor onze inwoners worden verhoogd. Wij denken o.a. ruimte te vinden in het verder uitstellen van de grote investeringen zo als in verbouw voor het VO. Zeker op termijn zal daar het een en ander moeten gebeuren, maar van een urgente situatie is geen sprake.
Verkeers- en straatmeubilair
Het college meldt dat wordt ingezet op het verminderen van verkeers- en straatmeubilair. De principiële vraag is of op elke plaats waar dat juridisch gewenst is wel een bord moet komen. Bewezen is dat te veel borden door weggebruikers niet eens meer worden opgemerkt terwijl de situatie toch duidelijk is.
Wij dienen een motie in met een inspanningsverplichting om het aantal borden in deze periode met minimaal 10% te verminderen.
Infrastructuur
Het college stelt: "Terughoudend wordt omgegaan met kostbare aanpassingen van de lokale infrastructuur. Eerst zal worden nagegaan of door verandering van houding en gedrag resultaten kunnen worden bereikt." Dit is een opmerking die van alles kan betekenen. Terughoudend betekent we gaan wel wat doen. Maar wat? Welke resultaten moeten er door verandering van houding en gedrag worden bereikt. Wie bepaalt dat? De vraag is feitelijk welke kostbare aanpassingen wil het college eigenlijk doorvoeren, terwijl wij op dit moment niet zouden weten welke kostbare aanpassingen gewenst zijn?
Afhankelijk van de beantwoording door het college zullen wij overwegen een motie in te dienen.
HOV verbinding
De VVD is voorstander van de afgesproken vlotte doorstroming van busverkeer van en naar het vliegveld. Wij vinden tegelijkertijd dat geen onnodige investeringen moeten worden gedaan evenmin sloop van gebouwen. De vraag is wel een afzonderlijke (bus)baan moet worden aangelegd, of dat de beoogde doorstroming ook op andere manieren kan worden bereikt. Voor 2010 lag hiervoor ook al een alternatief plan. Wij willen daarom dat serieus wordt onderzocht welke mogelijkheden er zijn om tegen zo laag mogelijke kosten tot een vlotte afwikkeling van het busverkeer te komen.
Transitiefonds
Het opnieuw kijken naar de kaders voor besteding van het transitiefonds na 2015 vinden wij verstandig omdat daarmee het gevoel kan worden weggenomen dat de kaders niet zijn wat wij hebben bedoeld. Bij die besluitvorming zal een afweging gemaakt moeten worden tussen een besteding bedoeld om knelpunten te voorkomen en het achteraf oplossen van ontstane knelpunten. Er behoort bij ieder project een onderbouwing van de (te verwachten) structurele financiële effecten van de gevraagde investering.
De subsidieverstrekkingen
De lange lijst subsidieverstrekkingen maakt een aantal zaken duidelijk maar roept ook vragen op. Van de ruim 20 miljoen subsidies heeft 91% betrekking op door de raad opgedragen taken. Over die taken dient uiteraard van tijd tot tijd, nut, noodzaak of omvang te worden afgewogen.
De overige 120 posten vormen slechts 9% slechts van de subsidies. Die willen we indelen in twee groepen:
- Smeermiddelen die het functioneren van de samenleving soepeler laten verlopen;
- Speelgeld waarmee zeker in het verleden zaken zijn betaald waarvan het de vraag is of die wel voor rekening van de belasting betaler dienen te komen.
De vraag is wel of er voldoende duidelijkheid is over de toekenningvoorwaarden. Uit de motivering van de aanvraag dient duidelijk te zijn dat sprake is van een effectief smeermiddel.
Scenariodenken
Om ons beleidsmatig voor te bereiden op de vele onzekerheden waarmee wij in de komende jaren te maken kunnen krijgen legt het college ons het denken in scenario's voor. Hierbij gaat het om het tijdig onderkennen van ontwikkelingen die zich op diverse beleidsterreinen voordoen.
Niet alleen het college maar ook de raad zal uitspraken moeten doen over de wijze waarop het beleid in die situaties moet worden bepaald of bijgesteld. De diverse mogelijke scenario's maken duidelijk dat dit niet een eenmalige vaststelling van een rapport zal kunnen zijn maar een veel meer permanente afstemming over de richting waarin het beleid zich dient te ontwikkelen.
Wij stellen voor om over de procesmatige invulling van het scenario denken als raad en college met elkaar in gesprek te gaan.